Vaak gebruikt men de woorden 'moeilijkheid' en 'probleem' door
elkaar. Maar een goede vuistregel is: "Problemen ontstaan,
wanneer er slecht wordt omgegaan met moeilijkheden". Een
moeilijkheid is doorgaans best op te lossen. Daarvoor is het
nodig dat men er zorgvuldig mee omgaat. Dat betekent, dat men zich eerst
goed dient te verdiepen in de aard van de moeilijkheid; want wanneer
de analyse niet juist is, loopt men de kans dat de oplossing ook
niet leidt tot het resultaat waarop men had gehoopt.
De "ken-weg" leidt tot een goede beeldvorming; de "keuze-weg"
bestaat uit het bedenken van mogelijke oplossingen en het
komen tot de beste keuze. Doorgaans dient men voor het afleggen van de ken-weg minstens zoveel tijd uit te trekken als
voor het afleggen van de keuze-weg.
Onderdelen van de ken-weg:
- Aanleiding: Waarom houden we ons hiermee bezig?
- Analyse: Wat is er aan de hand? Volgens wie? Beschikken we over alle benodigde informatie?
Onderdelen van de keuze-weg:
- Normen: waar dient een goede oplossing aan te voldoen?
- Kreatieve fase: welke mogelijke oplossingen kunnen we
bedenken?
- Keuze: welke oplossing lijkt de beste?
- Werkafspraken: wat gaan we nu dus doen?
Naar de volgende pagina
Terug naar de indexpagina
Reactie? Zend een E-mail