LITURGIE

De voorbereiding op de woorddienst

Voorafgaande aan de lezingen en de preek bereidt de gemeente zich daarop voor. Vaak gebeurt dit door middel van bidden en zingen. In traditionele liturgieën is de voorbereiding gecompliceerder dan die waarmee wij vertrouwd zijn. Een mens kan niet, zo was oudtijds klaarblijkelijk de gedachte, zomaar "naderen voor Gods aangezicht". Een mens moet zijn plaats weten, beseffen uit wat voor hout hij is gesneden en wat er van hem wordt verwacht: dat hij met heel zijn hart ziel en verstand Gods liefde beantwoordt: zijn leven vormt het antwoord is op wat God hem schenkt en toevertrouwt. Niet toevallig is, dat in de beelden van de bijbel het huwelijk tussen God en zijn volk zo'n prominente plaats inneemt. Trouw in gedachtigheid aan het verbond is een sleutelwoord. Deze belofte van wederzijdse trouw vraagt om momenten van inkeer: hoe staat het ermee? Voel ik me tekort gedaan? En hoe heb ik mijn levensopdracht vervuld?
In de oude kerk klonk dan ook na het begin van de dienst dikwijls "de wet des Heren"; en in reactie hierop "verootmoedigde" de aanwezige gemeente zich, beleed haar tekorten en mocht vervolgens dan ook weer rekenen op "Gods liefde en barhartigheid": vandaar dat na de schuldbelijdenis - als onderdeel van dit 'heilig spel' dan ook steevast de "verkondiging van Gods genade" volgde. Zo werd verbeeld hoe de verhoudingen lagen. Waarom zijn deze elementen binnen de vrijzinnigheid bijna geheel gaan ontbreken? Was het omdat men niet meer het besef had dat dit een heilig spel was? Of was het doordat het 'mechanisme' van vergeving als 'loon' voor het belijden van eigen tekorten God al te menselijk maakte? Is ons zelfbeeld veranderd? Is ons Godsbeeld veranderd? Is ons geloof veranderd? Heeft de kerkdienst een andere functie gekregen? Of zijn we kwijtgeraakt, vergeten, hoe die (beeld)taal van de liturgie een geheel andere betekenis krijgt wanneer we in staat zijn om de spiegel van onze ziel af te stemmen op de golflengte die nodig is om het heilsgeheim tot ons te laten doordringen? Misschien spreken we 'de taal' niet meer. Hoe dat ook zij: het feit, dat deze elementen dikwijls ontbreken, kan ons aan het denken zetten over een aantal heel wezenlijke vragen: betekent Gods barmhartigheid nog iets voor ons? Hoe denken we over schuld, over verzoening en vergeving? En bovenal ook: waaruit bestaat naar ons idee een goede voorbereiding op de "woorddienst", waarin verborgen ligt hoe God zich elke dag laat zien in zijn scheppende vernieuwende handelen, nieuwe dingen doet en zo een nieuwe toekomst schept. Maar om dat zó te kunnen zien: daarvoor is het nodig dat we geloofstaal leren verstaan. Geloven is immers: de dingen anders leren zien.


Naar de volgende pagina.

Terug naar de indexpagina.

Wilt U reageren? Zend een E-mail

© "KERKWINKEL KOINONIA", 2006.